Er verscheen een nieuwe poëzieparel in jeugdboekenland: De zee is bijna alles. Die titel klopt wat mij betreft wel. De zee is speelsheid en levendigheid: zand tussen de tenen, springen over de golven, schelpen rapen, het komen en gaan van eb en vloed… Maar de zee is ook wijdsheid en nadenkerigheid en eeuwigheid (en bedenk gerust nog wat meer -heid woorden). Marco Kunst weet die hele wondere wereld van de zee in zijn eerste gedichtenbundel bijzonder mooi te vatten!
Dromerige illustraties in blauw en rood
Geef toe, deze bundel trekt, naast die zinderende titel, ook de aandacht door de dromerige omslagillustratie van Jeska Verstegen. Onze blauwe planeet met golvende golven in het midden, gedragen door een jongen, met de rode ondergaande zon en een witte zeemeeuw ervoor. Ook verder in het boek heb ik me verwonderd over de schitterende illustraties. Het kleurenpallet van blauw en rood is verrassend. Bij zee en water denken we uiteraard aan blauw. De combinatie met rood wordt doorheen het hele boek doorgetrokken: blauwe golven met een rode boot, de rode ondergaande zon, een rode kei, rode vissen, rood vuur…

De magie van de zee
Ik las dat Marco Kunst opgroeide in Vlissingen, vlak bij zee. Uit één van zijn vorige boeken ‘Het touw en de waarheid’ spatte de liefde voor de zee reeds (met de prachtige eerste zinnen: Heb je weleens de zon in zee zien ondergaan? Op zo’n warme zomeravond, zittend in het zachte zand, golfjes likkend aan het strand alsof het roomijs was, met laat licht als honing op het slaperige water?). Dat zijn jeugd zich afspeelde vlakbij het strand voel je ook in de gedichten in ‘De zee is bijna alles’. Hij geeft taal aan de magie van de zee in al z’n facetten.
Een meisje dat haar benen ruilde voor een zeemeerminvin, een opa en zijn kleinzoon die mijmerend aan de waterlijn staan, de duinen die door de wind als een reservestrand bij elkaar geblazen werden, de familie sprot die eindigt in het viskraam, de oneindige, ijskoude kust van Nova Zembla, kleine Veerle die samen met haar papa speelt op het strand, de knappe meneer die beweert dat de zee niet meer is dan een grote plas water…
Dat hij filosoof is, kan Marco Kunst niet verstoppen. In de gebalde, melancholische verhalen valt tussen de regels heel wat over het leven te lezen. Over stormen doorstaan, over mijmeren en fantaseren, over angsten overwinnen, over verlangen en afscheid nemen, over leven zonder spijt…
Zingende zeezinnen
En de taal in de gedichten? Die is, zoals ik verwacht had, erg sfeervol. De zingende zeezinnen lees je liefst luidop om dan te voelen hoe de woorden deinen. Er zit best veel (begin- en eind)rijm in de gedichten. Sommige gedichten lezen als kortverhaaltjes, andere zijn dromerig en nodigen uit om na te denken.
Beste Marco Kunst, bedankt voor jouw beeldschone eerste poëziebundel. Ik geef ‘m met veel liefde een prominente plaats in mijn boekenkast en voeg jouw naam graag toe aan het lijstje van ‘sprankelende jeugddichters’. De poëzieboot is vertrokken voor een spannende reis!
Jeugdboekenmaand 2027
In 2027 is het thema van de jeugdboekenmaand ‘water’. Deze gedichtenbundel wordt alvast met stip op ons boekenlijstje voor die feestmaand gezet.
“Dan valt de avond, zon in zee, het verre schip verdwenen. We pakken in en kleden aan, het zand tussen je tenen. We komen morgen weer voor knarsend zand, zon en patat, voor eeuwigheid en meer.” (p.41)
Voor lezers vanaf 10 jaar.